Menu
    English

    Hindostaanse Immigratie: Suman's Verhaal

    Op 5 juni 1873 kwam het schip de ‘Lalla Rookh’ aan in Suriname na een lange reis vanaf Calcutta. De aankomst van dit schip staat bekend als het startpunt van de Hindostaanse gemeenschap in Suriname. In dit artikel kom je meer te weten over verschillende aspecten van de geschiedenis, in combinatie met het persoonlijke verhaal van Suman, een student van Hogeschool Rotterdam.

    Met de aankomst van de Lalla Rookh startte in Suriname een nieuwe gemeenschap die werkte als contractarbeiders, een systeem van onvrije arbeid. De Lalla Rookh was de eerste boot die Hindostanen naar Suriname vervoerde. Deze boot verscheepte 410 mensen en was zeker niet de laatste. Van dit soort transporten volgden er nog 63. In de meeste gevallen ging het om een reis van 99 dagen en overleed op zee een groot deel van de passagiers.

    De slavernij was in Suriname op 1 juli 1863 afgeschaft, waardoor de plantage-eigenaren op zoek gingen naar een nieuwe manier om het werk op de plantages draaiende te houden. De tot slaaf gemaakten stonden vanaf 1 juli 1863 onder staatstoezicht en hoewel ze vrij waren, moesten ze nog 10 jaar verplicht doorwerken op de plantages. De slavernij werd dus pas officieel afgeschaft op 1 juli 1873.

    Om het werk op de plantages door te laten draaien, zochten de planters naar vervanging. Deze vervanging vonden ze in toenmalig Brits-Indië. Door overleggen tussen Nederland en Groot-Brittannië, ontstond het Koelietraktaat. Door dit traktaat zijn 34.395 contractarbeiders uit India in Suriname terecht gekoment. Ook andere gemeenschappen gingen om die reden naar Suriname, zoals de Chinese en Javaanse gemeenschap. Op 20 oktober staan we stil bij de aankomst van de Chinese gemeenschap, 170 jaar geleden, en op 9 augustus bij de aankomst van de Javaanse gemeenschap, 133 jaar geleden.

    Een persoonlijk verhaal: Suman Chatterpal

     

    Een van de huidige studenten aan Hogeschool Rotterdam, Suman Chatterpal, deelt haar perspectief op deze historische gebeurtenis en wat het betekent voor haar en haar familie.

    "Veel mensen associëren Suriname vaak met Afro-Surinamers en Keti Koti. Maar Suriname heeft een rijke en diverse bevolkingssamenstelling, waaronder Hindoestanen. Mijn familie komt oorspronkelijk uit India, maar zij kwamen naar Suriname als contractarbeiders," vertelt Suman.

    De reis van Hindostanen naar Suriname begon eind 19e eeuw. Velen werden onder valse voorwendselen naar Suriname gelokt. "Mijn overgrootmoeder arriveerde honderd jaar voor mijn geboorte in Suriname. Ik ben altijd benieuwd geweest naar haar ervaringen en waarom zij die reis maakte," deelt Suman. "De verhalen die ik heb gehoord zijn soms tegenstrijdig, maar ze geven een indruk van de uitdagingen die zij heeft moeten doorstaan."

    Suman heeft veel onderzoek gedaan naar haar familiegeschiedenis, terwijl het niet altijd makkelijk was om informatie te vinden. "Mijn vaders kant was makkelijker te traceren, maar veel documenten zijn verloren gegaan. Het is soms lastig om een samenhangend verhaal te vinden door de wisselende informatie die beschikbaar is."

    Levensomstandigheden en Cultuurbehoud

    De Hindostaanse contractarbeiders hadden betere omstandigheden dan tot slaaf gemaakte mensen, maar het werk was nog steeds zwaar en de omstandigheden vaak slecht. "Mijn moeder vertelde verhalen over hoe contractarbeiders soms hun verdiende geld niet kregen of werden mishandeld op de plantages. Het was een moeilijke tijd," legt Suman uit. "Er was sprake van misleiding en uitbuiting, maar ondanks alles bleven ze vechten voor een betere toekomst."

    Ondanks de uitdagingen wisten Hindoestanen hun cultuur te behouden en door te geven. "Mijn familie heeft altijd vastgehouden aan onze gebruiken en tradities. Dit is een belangrijk onderdeel van wie we zijn," zegt Suman. "Zelfs nu nog, als ik naar Suriname ga, zie ik hoe deze tradities levend worden gehouden door mijn familieleden. Het is een manier om verbonden te blijven met onze roots."

    Suman benadrukt het belang van educatie in het begrijpen en herdenken van de Hindostaanse immigratie. "Het is belangrijk dat mensen weten wat er is gebeurd en wat onze voorouders hebben doorstaan. Educatie kan helpen om onwetendheid en racisme tegen te gaan," stelt ze. "Door te leren over onze geschiedenis, kunnen we een beter begrip creëren en samen bouwen aan een inclusieve toekomst."

    "Wat me altijd heeft gefascineerd, is hoe verschillende bevolkingsgroepen in Suriname een gedeeld verleden hebben, ondanks de verschillende achtergronden. Mijn familie heeft nog steeds een sterke band met de plek waar onze voorouders als contractarbeiders werkten," vertelt Suman. "Het is belangrijk om samen te werken en niet verdeeld te raken door onze verschillen. We hebben allemaal een gedeelde geschiedenis en het is tijd om die te omarmen."

    130 Years of Hindustani Immigration: Suman's Story

    On 5 June 1873, the ship ‘Lalla Rookh’ arrived in Suriname after a long journey from Calcutta. The arrival of this ship is known as the starting point of the Hindustani community in Suriname. In this article, you will learn more about various aspects of history, combined with the personal story of Suman, a student from Rotterdam University of Applied Sciences.

    With the arrival of the Lalla Rookh, a new community started in Suriname, working as indentured labourers a system of unfree labour. The Lalla Rookh was the first ship to transport Hindustanis to Suriname, carrying 410 people on board , and it was certainly not the last. There were 63 more such transports. In most cases, the journey took 99 days, and a large number of passengers died at sea.

    Slavery in Suriname was abolished on 1 July 1863, prompting plantation owners to seek a new way to keep the work on the plantations going. The enslaved people were placed under state supervision from 1 July 1863. Although they were free from slave labour, they were still required to work on the plantations for another 10 years. Thus, slavery was only officially abolished on 1 July 1873.

    To keep the plantations running, the planters looked for replacements. They found these replacements in what was then British India. Through negotiations between the Netherlands and Great Britain, the Coolie Treaty was established. Through this treaty, 34,395 indentured labourers were brought from India to Suriname. Other communities were also brought to Suriname as indentured labourers, including the Chinese and Javanese communities. On 20 October, we reflect on the arrival of the Chinese community 170 years ago, and on 9 August, on the arrival of the Javanese community 133 years ago.

    A Personal Story: Suman Chatterpal

    One of the current students at Rotterdam University of Applied Sciences, Suman Chatterpal, shares her perspective on this historical event and what it means for her and her family.

    "Many people often associate Suriname with the Afro-Surinamese community and Keti Koti. But Suriname has a rich and diverse population, including Hindustanis. My family originally came from India but arrived in Suriname as indentured labourers," says Suman.

    The journey of Hindustanis to Suriname began in the late 19th century. Many were drawn to Suriname under false pretences. "My great-grandmother arrived in Suriname a hundred years before I was born. I have always been curious about her experiences and why she made that journey," Suman shares. "The stories I've heard are sometimes contradictory, but they give an impression of the challenges she faced."

    Suman has done a lot of research into her family history, although it hasn’t always been easy to find information. "My father's side was easier to trace, but many documents have been lost. It’s sometimes difficult to piece together a coherent story due to the varying information available."

    Living Conditions and Cultural Preservation

    The Hindustani indentured labourers had better conditions than enslaved people, but the work was still hard, and the conditions were often poor. "My mother told stories about how indentured labourers sometimes didn’t receive their earned money or were mistreated on the plantations. It was a tough time," Suman explains. "There was deception and exploitation, but despite everything, they kept fighting for a better future."

    Despite the challenges, Hindustanis managed to preserve and pass on their culture. "My family has always held on to our customs and traditions. This is an important part of who we are," says Suman. "Even now, when I go to Suriname, I see how traditions are kept alive by my family members. It's a way to stay connected to our roots."

    Suman emphasises the importance of education in understanding and commemorating Hindustani immigration. "It is important for people to know what happened and what our ancestors endured. Education can help combat ignorance and racism," she states. "By learning our history, we can create a better understanding and build an inclusive future together."

    "What always fascinated me is how different population groups in Suriname share a common past despite different backgrounds. My family still has a strong bond with the place where our ancestors worked as indentured labourers" Suman says. "It’s important to work together and not be divided by our differences. We all have a shared history, and it's time to embrace it."

    Hindoestaans of Hindostaans

    Het waren niet alleen hindoes die in India op de boot naar Suriname stapten. Er waren ook christenen en moslims bij. Daarom wordt de etnische groep in Suriname sinds 1947 veelal met de term Hindostanen aangeduid (en niet Hindoestanen). In Nederland wordt Hindoestanen ook veel gebruikt.

    Bron wikipedia