Donderdag 24 oktober werd de samenwerking met ‘de Doelen Stadslab’ getekend in het bijzijn van de Burgemeester van Rotterdam Carola Schouten. De Rotterdamse onderwijsinstellingen die de Doelen Stadslab gaan gebruiken, richten zich hier op samenwerken met de stad, haar bewoners en ondernemers, essentieel voor het ontwikkelen van nieuwe oplossingen.
Dit sluit naadloos aan bij de ambities van Hogeschool Rotterdam om met onderwijs en praktijkgericht onderzoek bij te dragen aan de grote maatschappelijke opgave om ons heen. Sarah Wilton-Wels, voorzitter College van Bestuur Hogeschool Rotterdam: ‘’Dat de Doelen zich middels het Stadslab nog meer in verbinding stelt met de stad, is voor ons een prachtige beweging waar we graag bij zijn. We hopen dat de samenwerking van studenten van de verschillende instellingen van het Stadslab een bruisende broedplaats maakt, vol innovatieve en creatieve ideeën.’’
Grote uitdagingen
Rotterdam staat voor grote uitdagingen op het gebied van milieu, klimaat, energie, voedsel, woningmarkt, mentaal welzijn, gezondheid, mobiliteit en digitalisering. Jongere generaties zijn op dit moment bezig met het ontwikkelen van duurzame innovaties, start-ups en methodieken voor de toekomst.
Met het tekenen van de overeenkomst van de Doelen Stadslab kunnen studenten van de Rotterdamse onderwijsinstellingen de flexibele ruimte (Studio 8) gebruiken als podium, exporuimte, workshopplek, helpdesk, break-out room en productieplek.
Verbinding met de toekomst van de stad
Janneke Staarink (directeur van de Doelen) is ook enthousiast. ‘’In Rotterdam lopen duizenden studenten rond die essentieel zijn voor de toekomst van de stad’’, zegt ze. ‘’Rotterdamse onderwijsinstellingen bieden opleidingen voor zo ongeveer alle sectoren en beroepen, van techniek, zorg en welzijn, economie en bedrijfskunde, bouwkunde en digital engineering, stedenbouw en niet te vergeten de kunsten. Samen met de Rotterdamse onderwijsinstellingen biedt de Doelen Stadslab al die jonge mensen een centrale inloopplek voor creatieve samenkomsten. Midden in de stad. Hoe fijn is dat?’’