Het is een loopje dat ik zo langzaam maar zeker kan dromen, vanaf de parkeerplaats naar mijn kamer. Met twee plekken die qua menselijk verkeer wat spannend zijn. Dat bleek die ochtend ook weer. Nederland was in de ban van de kou, dus iedereen bewoog zich voort, diep weggedoken in de jas, mutsen, petten, hoeden en sjaals die slechts een deel van het gezicht onbedekt lieten. En gehaaster dan ooit, vast verlangend naar de warmte van het lokaal. “Sorry”, riep de student toen zij de klapdeur wat snel los liet waardoor die bijna mijn gezicht raakte en maakte er een verontschuldigend gebaar bij. Een vluchtig ‘sorry’, maar aan haar ogen zag ik dat ‘ie welgemeend was.
Ik moest er aan denken toen die avond de excuses in verband met ons slavernijverleden op tv was. En ik me weer eens realiseer hoeveel soorten ‘sorry zeggen’ er eigenlijk zijn. De vluchtige soort, maar wel authentiek. De vluchtige soort, maar routinematig. Het soort ‘sorry zeggen’ dat eigenlijk geen excuses inhoudt, maar een versteviging van het eerder gezegd: “Ja sorry hoor, maar…”. Het ‘sorry zeggen’ om er van af te zijn en, natuurlijk het welgemeend excuseren voor iets wat je fout gedaan hebt.
Het kan nog ingewikkelder zijn. Sorry zeggen is niet iets van de zender sec, het is ook altijd relationeel: zit de ander te wachten op die excuses en sluit de vorm, verwoording en timing aan bij de verwachting van de ander? Wordt ‘ie als authentiek ervaren? Sorry zeggen heeft ook iets van het herstel of onderhoud van de relatie. Dat besef zou eigenlijk centraal moeten staan bij het uitspreken ervan. En tenslotte, excuses maken doe je meestal vanuit jezelf, maar vaak ook namens anderen, je kinderen, gezin, organisatie waar je voor werkt, het land waarin je leeft, de generaties voor je…
Kura Hulanda
Een paar maanden terug was ik op Curaçao en uiteraard heb ik daar een bezoek gebracht aan het slavernijmuseum (Kura Hulanda Museum in Willemstad). Huiveringwekkend hoe je daar weer eens gevisualiseerd krijgt hoe wreed die slavernij was. Nog los van het onmenselijke gegeven dat mensen als ‘waar’ gezien worden en in die hoedanigheid verscheept en verhandeld worden. Ik zou willen dat het soms ingewikkelde gesprek hoe om te gaan met ons slavernijverleden, in dat gebouw gevoerd zou worden. In een decor van ketens, het nagebouwde slavenschip, de afbeeldingen van de zelfgenoegzame en wrede witte handelaars. Ik voelde schaamte en wilde iemand aanklampen en sorry zeggen…
Hier en nu
Zeg ook niet dat het iets van vroeger is in een tijd dat we opgeschrikt zijn door de toeslagenaffaire, die nog steeds niet opgelost is; in een week waarin naar boven komt dat sprake is van institutioneel racisme bij het departement van Buitenlandse Zaken. Wat toen gebeurde heeft zijn effect op de samenleving van nu, op individuen, op de samenleving in zijn totaliteit.
Zo kan sorry zeggen een delicaat proces zijn, waarbij de scheidslijn tussen het begin van een proces van heling aan de ene kant en het uitdiepen van de pijn en verdere polarisatie aan de andere kant, een flinterdunne kan zijn. Het zien van die flinterdunne lijn moet bij degene die sorry hoort te zeggen alertheid en empathie op te roepen. De bereidheid in een proces te stappen waar degene aan wie je excuses aanbiedt, deel van uitmaakt. Doe je dat niet dan maakt het niet meer uit of je authentiek bent of niet, het komt niet aan. Ligt de verdere verwijdering op de loer.
Deze blog komt uit op de dag die aangekondigd is als de dag dat de regering – ook namens mij – mogelijk excuses gaat aanbieden voor ons slavernijverleden. Ik hoop dat men geluisterd heeft en de noodzaak dat er een proces van heling start hoger inschat dan hier en nu iets zeggen. Dat men de kans grijpt om de authenticiteit van het gebaar tot zijn recht te laten komen. Soms is het beter excuses even uit te stellen. En goed na te denken en in overleg te gaan wat het goede moment en vorm zijn. Blijkt op de dag dat ik deze blog publiceer dat de timing en vorm slecht gekozen zijn, waar het nu naar uitziet – immers wat begon als een proces van heling eindigde voorlopig in de rechtszaal – dan spijt me dat zeer.
Sorry.
Over de auteur
Ron Bormans - voorzitter College van Bestuur Hogeschool RotterdamRon Bormans (1957, te Schinnen, Zuid-Limburg) mag zich verheugen in een lange periode van ontmoetingen in en met het hoger (beroeps)onderwijs. Tijdens zijn studies: Natuurkunde (propedeuse) in Eindhoven en Politicologie / Bestuurskunde in Nijmegen. Maar ook in zijn loopbaan. Hij werkte o.a. als plv. directeur HBO en directeur Studiefinanciering bij OCW. Daarnaast was hij consultant bij Capgemini. Op dit moment geeft hij leiding aan Hogeschool Rotterdam als bestuursvoorzitter, een functie die hij eerder bekleedde bij de HAN. Maar hij deed ook de HvA en Inholland aan en hield toezicht op onderwijsprogramma's als directeur NQA.
Elke twee weken is de nieuwe blog-post ook te volgen op Twitter via @ronbormans1.