Het nieuwe raamwerk voor het Rotterdamse College staat in het teken van de grote maatschappelijke transities die in stad en regio moeten plaatsvinden. Hoger onderwijs en onderzoek zijn hierbij onmisbaar, want voor die maatschappelijke transities is nieuwe kennis onmisbaar en moeten mensen zo worden opgeleid dat ze weerbaar zijn voor de grote veranderingen én deze mede kunnen vormgeven. Wij – Erasmus Universiteit Rotterdam en Hogeschool Rotterdam - willen hierin graag samen met de gemeente optrekken, op de volgende 10 manieren:
1. Rotterdam aantrekkelijker maken voor studenten en kenniswerkers
Rotterdam is een studentenstad, met vier, deels unieke mooie hogescholen en een gerenommeerde universiteit. Steden en regio’s met zo’n mooi aanbod aan hoger onderwijs zullen steeds meer het verschil maken. Dus moet Rotterdam zich nog beter inspannen om door studenten als aantrekkelijk gezien te worden als stad om te studeren, wonen en werken. Er is behoefte aan meer betaalbare woonruimte voor studenten en net afgestudeerden, breder gezegd: starters. Daar gaat het verschil ontstaan in het aantrekkelijk gevonden worden door talent: kan ik er wonen tijdens mijn studie? Heb ik een perspectief op aantrekkelijk wonen na mijn studie? Daarom omarmen we de inzet in het raamwerk voor circa 2000 extra (mobiele) studenten kamers t.b.v. het aantrekken en het behoud van talent.
Laten we daarbij bouwen op een manier die studenten én stad verder brengen. Rotterdam moet studenten huisvesting bieden, niet in geïsoleerde woonblokken, maar met ontwerpen die studenten midden in de samenleving plaatsen. Daag Rotterdam uit te komen met ideeën die studentenhuisvesting midden in de samenleving plaatst (passend bij de plannen voor ontwikkeling van Rotterdam Zuid), met ontwerpen die ook maatschappelijke functies in de betreffende gebouwen plaatsen en in een open verbinding staan met de bewoners.
Belangrijk voor die aantrekkelijkheid is de campus Woudestein, waar de EUR en Hogeschool Rotterdam aan zo’n 40.000 studenten onderwijs geven. Op en rond de campus worden steeds meer studenten gehuisvest. We werken graag met de gemeente verder daaraan, ook als het gaat om beheersmaatregelen die ertoe bijdragen dat studenten en andere bewoners prettig samen leven. Maar de campus kan niet geïsoleerd groeien. Betere openbaar vervoerverbindingen met de treinstations, de binnenstad en met bijvoorbeeld Zuid zorgen voor duurzame toegankelijkheid en meer samenwerking.
2. Rotterdam aantrekkelijker maken als plek om te werken aan de toekomst
Rotterdam is een uitdagende stad, ook om te werken, maar is op onderdelen nog zoekende en het ervaart de concurrentie van andere regio’s. Dus vertrekt te veel talent na het afstuderen naar bijvoorbeeld Amsterdam of Eindhoven. We nodigen Rotterdam uit mee te investeren in initiatieven die Rotterdam als innovatiestad een eigen, herkenbare ‘smoel’ geven op belangrijke thema’s als duurzame water- en deltatechnologie, ICT en open data, kunst en cultuur in de grootstedelijke context, health & life sciences, de slimme en duurzame haven, circulaire economie en de inclusieve samenleving.
Bestaande innovatiehubs als RDM en de Kenniswerkplaatsen moeten een volgende impuls krijgen. Nieuwe hubs moeten tot ontwikkeling worden gebracht, in de vorm van forse steun aan een initiatief als de ICT Campus, mede geïnitieerd door de Rotterdamse ROC’s en VNO-NCW Regio Rotterdam. Maar er liggen meer kansen: Rotterdam moet het vraagstuk van Big Data groter maken en bevorderen dat de immense transformatie van het havengebied in nauwe interactie met het hoger onderwijs plaatsvindt, zodat daar een nieuw klimaat ontstaat waarin start ups zich thuis en uitgedaagd voelen.
3. Rotterdam moet investeren in verbinding en inclusie
Soms kraakt Rotterdam onder haar grote diversiteit. De Rotterdamse politiek verliest dan uit het oog dat zij er niet alleen is om bepaalde groepen te bevestigen in hun opvattingen (“identiteitspolitiek”), maar ook om het collectief - dat wat ons bindt - te versterken, van een normatieve ondergrond te voorzien en mensen te stimuleren tot goed burgerschap.
De universiteit en de hogescholen zijn bij uitstek maatschappelijke instituties die gegrondvest zijn op waarden die die verbinding teweeg brengen. Ze zouden veel meer ingeschakeld kunnen worden om die rol in de samenleving te spelen. De EUR en HR zijn bereid een initiërende rol te vervullen in het Rotterdamse debat over de plek van burgerschap (in het onderwijs).
Daarbij past het verstevigen van programma’s waarbij Rotterdam als maatschappelijk proeftuin wordt gezien. De universiteit en de hogescholen zijn graag actief in die proeftuin. Dus met kracht steun blijven geven aan initiatieven als Mentoren op Zuid. Maar ook het vervolg van programma’s als BRIDGE, het talentenprogramma voor jongeren in Zuid waar EUR en HR intens bij betrokken zijn. Ook de zogeheten Erasmus Initiatives, de nieuwe universitaire multidisciplinaire onderzoeksprogramma’s (Vital Cities & Citizens, Dynamics of Inclusive Prosperity en Smarter Choices for Better Health) willen een bijdrage leveren aan de verbinding en inclusie in de stad.
Kijk ook hoe het hoger onderwijs kan aansluiten bij spannende ontwikkelingen als Feyenoord City, zonder deze publieke partijen in een private, ontwikkelende rol te brengen.
De EUR en HR bieden aan te participeren cq het voortouw te nemen in initiatieven die ontwikkeld gaan worden om de Nederlandse taal in onze samenleving beter te borgen. Goede beheersing van het Nederlands zal de cohesie in de samenleving doen groeien en zorgt dat kansen op succesvolle participatie toenemen.
4. Rotterdam en de kennisinstellingen moeten investeren in een kennisagenda
Bij een nieuw collegeakkoord past nieuw elan. Daarom maken gemeente en hoger onderwijs een Kennisagenda 2025, die aansluit bij de genoemde transities uit het Collegeakkoord en de Roadmap Next Economy. Op basis van die agenda wordt bepaald welke thema’s goed gedekt zijn in de huidige samenwerking en op welke thema’s nieuwe samenwerking opgezet kan worden. Kansrijke thema’s voor nieuwe samenwerking kunnen bijvoorbeeld zijn Duurzaamheid/Circulaire Economie, veiligheid, zorg, creatieve economie en een inclusieve samenleving. Zoals afgesproken in de City Deal Kennis Maken investeren de gemeente en de kennisinstellingen ook gezamenlijk in het uitbreiden van onderwijsvormen die aansluiten bij de praktijk van de stad.
5. Rotterdam moet anders kijken naar internationale studenten, kenniswerkers en vluchtelingen
We gaan naar een situatie waar talent schaars wordt. Arbeidsmarktprognoses voorspellen tekorten op nagenoeg elk gebied. De winnende steden en regio’s zijn die steden en regio’s die het schaarser wordend talent aan zich weten te verbinden. Met die blik moet gekeken worden naar buitenlandse studenten: zij vormen een kans om talent aan onze stad te verbinden.
De gemeente draagt bij door zich ten opzichte van het Rijk hard te maken voor het wegnemen van administratieve belemmeringen voor internationale studenten, kenniswerkers en hun familie die willen werken of stage willen lopen. Daarnaast kan Rotterdam helpen om samen met de kennisinstellingen initiatieven te ondernemen om internationale studenten na de opleiding in de Rotterdamse regio te houden.
Zo moet ook naar vluchtelingen gekeken worden, los van humanitaire overwegingen. Zij die in Rotterdam worden opgevangen en in Nederland worden toegelaten laten we niet maanden wachten, maar plaatsen we snel in opleidingsprogramma’s opdat ze snel integreren in onze samenleving én hun bijdrage gaan leveren.
6. Rotterdam en de kennisinstellingen investeren in gezamenlijke internationale profilering: Make it Happen
De Rotterdamse aanpak van grootstedelijke vraagstukken en de samenwerking met de kennisinstellingen daarbij is in veel opzichten internationaal toonaangevend. In samenwerking met Rotterdam Partners komt er een nieuw actieplan om het nationale en internationale profiel van Rotterdam als stedelijk vernieuwend kenniscentrum te versterken en daarmee de internationale wervingskracht van Rotterdam te verhogen.
Dit gezamenlijke profiel bevordert de internationale erkenning en fondsenwerving, waarbij de focus ligt op het verwerven van relevante Brusselse subsidieprogramma’s. In die fondsenwerving wordt ook gezamenlijk geïnvesteerd.
7. Rotterdam moet haar eigen onderwijsbeleid behouden
Rotterdam heeft zich de afgelopen jaren een ambitieuze stad getoond waar het gaat om onderwijsdoelstellingen. Rotterdam plukt daar de vruchten van, want de Rotterdammers worden steeds beter opgeleid. Maar het is nog niet af en het Rotterdamse onderwijs verdient blijvend steun. Dus, trek die lijn door en blijf steun geven aan initiatieven als doorstroom van de MBO-er naar de PABO’s.Zoek ook met Rotterdamse lerarenopleiders naar oplossingen voor het lerarentekort, maar vergeet nooit dat daarbij niveau en kwaliteit op nummer 1 staan. Rotterdam verdient de beste leraren. Daar waar relevant, zullen HR en EUR partij zijn in het Rotterdamse onderwijsbeleid.
8. Rotterdam geeft steun aan het hoger onderwijs in haar streven naar kansengelijkheid
Universiteit en hogescholen voelen zich verantwoordelijk om toegankelijk te zijn voor Rotterdam in de brede en ‘diverse’ betekenis van het woord. Het Rotterdamse hoger onderwijs is ook in die zin Rotterdams en dus leggen we ons niet neer bij kansenongelijkheid in de instroom en in het succes, eenmaal binnen de poort.
Rotterdam kan daarbij helpen, door de instellingen te steunen, ook als dat landelijk soms wat tegenwind ervaart. Maar die steun kan ook concreet gemaakt worden door genereus te participeren in programma’s als de Talentenboulevard, waarover al met de gemeente gesproken wordt; een project waarbij studenten die uitvallen via een leerwerktraject weer teruggebracht worden in het hoger onderwijs of een perspectief krijgen op hoogwaardig werk. Tenslotte, Rotterdamse ROC’s en hogescholen ontwikkelen initiatieven om het HBO toegankelijk te houden voor MBO-ers, waaronder schakelprogramma’s. Ook die verdienen omwille van de kansengelijkheid blijvende steun van de stad.
9. Rotterdam is een cultureel centrum
Rotterdam is een stad met vele gezichten. Die veelkleurigheid maakt haar aantrekkelijk. Het is een stad van hard werken en hoogwaardige cultuur. Een stad met beide benen op de grond, maar die cultureel met het hoofd in de wolken durft te zijn. Codarts, de EUR en Willem de Kooning Academie (Hogeschool Rotterdam) zijn met Rotterdam Arts & Science Lab (RASL) een uniek samenwerkingsproject begonnen op het gebied van onderwijs en onderzoek in de kunsten. Daarmee leggen zij het fundament voor een vernieuwing van de grondslag van het kunstvakonderwijs en bieden zij talentvolle studenten de mogelijkheid in Rotterdam dubbele excellente studieprogramma's te volgen. De gemeente wordt uitgenodigd die ontwikkeling financieel te ondersteunen en is bereid op te treden als ambassadeur hiervan.
10. Rotterdam is trots op zijn hoger onderwijs
Rotterdam kent een uniek hoger onderwijs, een universiteit met een uniek profiel en internationale reputatie en hogescholen die landelijk – en internationaal – op groot respect kunnen rekenen. Wees daar trots op, maak daar gebruik van en maak die Rotterdamse kwaliteit onderdeel van het grotere Rotterdamse verhaal.
Kristel Baele, voorzitter College van Bestuur Erasmus Universiteit Rotterdam
Ron Bormans, voorzitter College van Bestuur Hogeschool Rotterdam
Rotterdam, 22 mei, 2018
Over de auteur
Ron Bormans - Voorzitter College van Bestuur Hogeschool Rotterdam
Ron Bormans (1957, te Schinnen, Zuid-Limburg) mag zich verheugen in een lange periode van ontmoetingen in en met het hoger (beroeps)onderwijs. Tijdens zijn studies: Natuurkunde (propedeuse) in Eindhoven en Politicologie / Bestuurskunde in Nijmegen. Maar ook in zijn loopbaan. Hij werkte o.a. als plv. directeur HBO en directeur Studiefinanciering bij OCW. Daarnaast was hij consultant bij Capgemini. Op dit moment geeft hij leiding aan Hogeschool Rotterdam als bestuursvoorzitter, een functie die hij eerder bekleedde bij de HAN. Maar hij deed ook de HvA en Inholland aan en hield toezicht op onderwijsprogramma's als directeur NQA.
Elke twee weken is de nieuwe blog-post ook te volgen op Twitter via @ronbormans1.
Kristel Baele - Voorzitter College van Bestuur Erasmus Universiteit Rotterdam
Kristel Baele (1959) startte haar loopbaan in Nederland in 1991 aan de TU Delft. Zij werkte o.m. in het Hogere Beroepsonderwijs als vicevoorzitter van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en als interim-voorzitter van Hogeschool Leiden. Kristel Baele is per 1 december 2015 aangesteld als voorzitter van het College van Bestuur Erasmus Universiteit Rotterdam.
Zij studeerde Politieke en Sociale Wetenschappen aan de Rijksuniversiteit Gent en de Universitaire Instelling Antwerpen en volgde het Executive Management Program aan business school IMD in Lausanne.