Arjen van Klink gaat in zijn lectorale rede op 2 november in op de inflatie van strategisch management, maar ook op de noodzaak voor mkb-ondernemers om vooruit te kijken en de mogelijkheden om dat te doen. Het is van belang naar nieuwe instrumenten en werkwijzen voor strategieontwikkeling en –uitvoering te zoeken die beter aansluiten bij de omgevingsdynamiek en de kenmerken van het mkb.
De wijze waarop innovatieve start-ups werken aan hun strategie is een interessante invalshoek: zij werken veelal iteratief, maar ook vanuit een grootse missie. De strategie komt werkende weg tot stand door contacten met klanten en stakeholders, door experimenteren en door vallen en opstaan. Ingrediënten vanuit deze nieuwe benadering en de traditionele benadering kunnen gebruikt worden om het strategische denken en handelen van mkb-bedrijven te versterken.
Het onderzoek van Van Klink zal zich richten op de directe omgeving van Hogeschool Rotterdam. De Metropoolregio Rotterdam-Den Haag is een interessant empirisch kader voor ontwikkeling van nieuwe strategieconcepten voor het mkb. De regio kent immers een noodzaak te zoeken naar duurzame economische vernieuwing, zoals beschreven in de Roadmap Next Economy. Deze noodzaak geldt zeker ook voor het mkb in de regio.
Naast de presentatie van het onderzoeksprogramma van het lectoraat, gaat Arjen van Klink op 2 november in gesprek met enkele regionale ondernemers over hun visie op strategie. Tevens delen studenten hun ervaring met het uitvoeren van onderzoek naar strategie.
Arjen van Klink
Dr. H.A. (Arjen) van Klink studeerde en promoveerde aan de Economische Faculteit van de Erasmus Universiteit. Tussen 1999 en 2015 vervulde hij verschillende functies bij de Rabobank, waarin hij veel ervaring heeft opgedaan in het analyseren en beoordelen van bedrijfsstrategieën. Verder gaf Van Klink veelvuldig gastcolleges in het hoger onderwijs en droeg hij bij aan diverse artikelen, boeken en congressen. Sinds 1 mei 2016 is hij programmadirecteur van Kenniscentrum Business Innovation; een functie die hij combineert met het lectorschap.