De opleiding Industrieel Product Ontwerpen wilde de weg vrij maken naar meer eigen inbreng en flexibiliteit in het programma: studenten kunnen dan hun kennis- en vaardigheidsgroei aantonen met behulp van aangeboden cases, maar ook met zelf geïnitieerde activiteiten. Ook zou het mogelijk moeten worden de cases in een andere volgorde of een ander tempo uit te voeren, mocht de student niet in het 'standaardtempo' mee kunnen. Een belangrijk neveneffect is dat docenten met verschillende specialisaties in de cases meer met elkaar zullen gaan samenwerken, en zo een beter beeld zullen krijgen van de integrale voortgang van elke student.
Wat waren de resultaten?
1. Een door alle betrokken docenten samengesteld overzicht van alle leerdoelen van de IPO-Kennis- en vaardigheden (KVA) op 3 niveaus (propedeuse, stagebekwaam, gespecialiseerd), passend op één A4tje. Deze vormt de basis van de inhoud en beoordeling van alle KVA-modules. Het is tegelijkertijd de hanteerbare BoKS van de opleiding.
Download hier het overzicht van alle leerdoelen.
2. Een serie praktijkcases die al deze leerdoelen afdekken, waarin studenten vrijheid hebben in onderwerpkeuzes binnen de cases. Bijvoorbeeld: een mechanisch 'gereedschap' aanpassen aan een specifieke gebruikersgroep op basis van doelgroep- en ergonomisch onderzoek. Dit kan geoefend worden met het ontwerp van een elektrische tandenborstel, een schuurmachine, een blender, etc.; geheel naar eigen voorkeur van de student. De student kan hiermee ook sturen in de eigen complexiteitsuitdaging en zijn voorkeur voor een type product /doelgroep. Zo wordt ingespeeld op de diversiteit aan studenten. De leerdoelen zijn zo omschreven dat beoordeling mogelijk is onafhankelijk van het gekozen product, mits dat aan een aantal eenvoudige basisvoorwaarden voldoet.
3. Een nieuwe manier van samenwerken van docenten aan modules. Deze worden nu ontwikkeld en gegeven door 2-4 docenten die studenten instrueren, begeleiden en toetsen op de verschillende onderwerpen die nodig zijn om de praktijkcase te kunnen uitvoeren. Alle onderwijsactiviteiten zijn gebaseerd op het beoogde eindresultaat van de case, zodat studenten de kennis meteen in praktijk kunnen brengen en docenten worden 'gedwongen' hun onderwijs aan de case te relateren.
Het onderwijs is hierdoor ook robuuster geworden: docenten kunnen veel makkelijker voor elkaar inspringen, studenten zijn niet meer afhankelijk van één docent in een module. Docenten kunnen knelpunten gezamenlijk sneller signaleren en oplossen En zij kunnen flexibeler inspringen op individuele wensen en knelpunten bij studenten.
4. Enkele experimenten met studenten die (in overleg met docenten) hun eigen case hebben samengesteld of aangepast om te kunnen vertragen en versnellen. Hier fungeerde het leerdoelenoverzicht als leidraad voor welke onderwerpen op welk niveau in elk geval aan de orde moeten komen.
Lessons learned
1. Het samenwerken aan doelen en uitvoering van omvangrijke onderwijsmodules creëert een nieuwe dynamiek in het team. In het begin gaat die onvermijdelijk gepaard met frictie en gewenningsprocessen, maar uiteindelijk leidt het tot tevreden studenten die de keuzevrijheid, praktijkgerichtheid en flexibiliteit waarderen en docenten die effectiever met elkaar samenwerken.
2. Flexibel / inclusief onderwijs is gebaat bij holistische leerdoelen met weinig specifieke details die onderwerpkeuze en exacte werkwijze voorschrijven. Dit houdt studenten en docenten bij de les: er moet voortdurend afstemming zijn tussen docenten en met studenten over de voortgang. 'Gaat het zo de goede kant op?'
Expert
Inmiddels heeft Mark Smit zich ontwikkeld tot expert op het gebied van curriculum ontwikkeling en pleit hij in artikelen voor Profielen magazine voor ‘op zoek gaan naar de essentie’ van onderwijs en het curriculum.
Contactpersoon: Mark Smit