Beschrijving
Projectbeschrijving
Rijkswaterstaat heeft een aantal concrete vraagstukken geformuleerd waarop het meer inzicht wil hebben:
- Hoe dient de energievraag van mobiliteit afgebakend te worden om tot adequate inschatting van de energiebehoefte en oplossingen te komen?
- Wat is de behoefte van de bedrijven ten aanzien van netcapaciteit voor mobiliteit in de tijd?
- Wat is de impact van ‘slim laden’?
- Hoe verhoudt de vraag naar netcapaciteit voor mobiliteit zich tot de beschikbare netcapaciteit in de tijd?
Dit leidt tot de hoofdvraag: Wat is de (toekomstige)elektriciteitsbehoefte op een nog te kiezen bedrijfsterrein voor mobiliteit?
Het project stelt zich tot doel om de (toekomstige) elektriciteitsbehoefte op een bedrijfsterrein voor mobiliteit te voorspellen, op basis van bedrijfsspecifieke informatie, uitgesplitst in de dagelijkse behoefte in de tijd waardoor enerzijds inzichtelijk wordt of er een netcapaciteitsprobleem is en anderzijds mogelijk is om te bepalen of eventuele restcapaciteit te benutten is.
Projectaanpak
In het project worden twee (logistieke) bedrijventerreinen als casus geanalyseerd door samen met bedrijven en andere stakeholders de verwachte energievraag en netcongestie met een bottom-up aanpak in kaart te brengen. Deze aanpak bestaat uit drie fasen:
- Inventarisatie van de energievraag op een bedrijventerrein. In fase 1 ligt de nadruk op het opzetten en uitvoeren van de dataverzameling op het bedrijventerrein om de energiebehoefte van de bedrijven in kaart te brengen en te identificeren welke factoren de betrouwbaarheid en de compleetheid van de data en daarmee de schatting van de energiebehoefte beïnvloeden. Het daadwerkelijk verzamelen van data bij bedrijven is een belangrijk activiteit, maar parallel daaraan moet ook het theoretisch kader worden uitgewerkt om de kennisontwikkeling goed te verankeren in de bestaande theorie.
- Mitigerende maatregelen netcongestie. In fase 2 wordt onderzocht welke nieuwe inzichten een bottom-up aanpak levert in het vaststellen van de verwachte netcongestie. Daarbij kan elk bedrijf zelf mitigerende 6 maatregelen nemen (smart charging, energieopslag, laden elders, energieopwekking), maar kan ook het inzicht ontstaan dat het effectiever is om gezamenlijk aan een oplossing te werken omdat niet alle bedrijven dezelfde mogelijkheden zullen hebben. Het doel is om op basis van de mitigerende maatregelen en bereidheid tot samenwerking de verwachte netto netcongestie/restcapaciteit te bepalen. Daarmee kan ook beoordeeld worden hoe de betrouwbaarheid en compleetheid van de dataverzameling op het bedrijven doorwerkt in het vaststellen van de netto netcongestie.
- Verdiepen en generaliseren van resultaten. In fase 3 bestaat de mogelijkheid om specifieke resultaten te verdiepen of te generaliseren. Een optie is om met een wiskundige modellering te onderzoeken hoe groot de gevoeligheid van berekende netcongestie en geselecteerde mitigerende maatregelen voor de betrouwbaarheid en compleet van de data. Een andere optie is om een aanpak uit te werken waarmee de betrouwbaarheid van de laadvraag van bedrijven kan worden verbeterd.
Verbinding onderwijs
Het project bestaat hoofdzakelijk uit studentonderzoek, begeleid door de lector, hoofddocent en senior docent-onderzoeker. Studenten maken inventarisaties (o.a. over aantallen bedrijven, aantallen zonnepanelen, enz.), verzamelen data (o.a. over het wagenpark van de bedrijven), analyseren (bijvoorbeeld ter kalibratie van de verwachte toekomstige elektriciteitsvraag) en kunnen de invloed van oplossingsrichtingen/mitigerende maatregelen (zoals slim laden, baterijen) op de verwachte elektriciteitsvraag proberen door te rekenen (ook ter kalibratie van gesimuleerde resultaten). De studentresultaten (dataverzameling, analyses) worden indien nodig aangevuld door het kernteam van lectoren en docent-onderzoekers.
(Beoogde) resultaten
Het concrete resultaat bestaat uit een inschatting van de energiebehoefte van de verschillende (logistieke) bedrijven, de opbouw van de energievraag tot een piekvraag op het bedrijventerrein, de mogelijkheden om met smart charging en andere mitigerende maatregelen de energievraag te spreiden en een restvraag waaraan niet voldaan kan worden (resulterende netto-netcongestie).
Samenwerkingen
Het project wordt in samenwerking met de Hogeschool van Amsterdam uitgevoerd in opdracht van Rijkswaterstaat. Studenten verzamelen data bij meewerkende bedrijven op Dutch Fresh Port (Ridderkerk/Barendrecht) en Sloterdijk Poort Noord (Amsterdam).
Projectfeiten
Looptijd: 2024 - 2026
Lectoraat: Havens (lector Thierry Verduijn; senior onderzoeker Bob Castelein; senior lecturer Freek Brilleman)
Financiering: Het project wordt in samenwerking met Hogeschool van Amsterdam uitgevoerd in opdracht van Rijkswaterstaat
Cluster: Slimme Logistiek & Maritieme Innovatie