Werken met mensen, of dit nu plaatsvindt in het onderwijs, de zorg of bijvoorbeeld het openbaar bestuur, veronderstelt een in relatie treden. Achter deze eenvoudige verwoording en schijnbare evidentie gaat een wereld van complexiteit schuil. Dat in relatie treden blijkt een heel weefsel van betrekkingen in zich te bergen en met zich mee te brengen. Het vakgebied van de begeleidingskunde beschouwt het als haar expertise om het relationele aspect van werken met mensen op een onderzoekende en lerende manier te ondersteunen en daarmee aan kwaliteit te doen winnen. In dit artikel wordt de gedachte uitgewerkt dat een belangrijk onderdeel daarvan bestaat uit het aanvoelen van de sfeer en het met tact reageren daarop in de tegenwoordigheid van het moment. De filosofen Sloterdijk, Gadamer en aan het slot ook Buber geleiden ons in deze verkenning rond het proeven van sfeer.