In Nederland groeit één op de twaalf kinderen op in armoede, in Rotterdam één op de vijf. Armoede komt overal voor, ook in rijkere buurten, waar gezinnen door omstandigheden in de problemen zijn geraakt. Het aantal leerlingen dat in armoede opgroeit is op scholen in achterstandswijken echter aanzienlijk hoger. Deze leerlingen groeien thuis en in de buurt op in een omgeving die minder gunstig en stimulerend is.
Het thema leeft op scholen, want leraren zien dat leerlingen in armoede ernstig belemmerd worden in hun ontwikkeling en weinig ruimte in hun hoofd hebben om tot leren te komen. Hoewel scholen armoede niet (alleen) kunnen oplossen, kunnen zij er wel aan bijdragen dat elke leerling wordt gezien, kan meedoen en toekomstkansen krijgt in een veilige en stimulerende leeromgeving.
Contactpersoon Gezinnen en armoede - Mariëtte Lusse