Menu English

Samen risicojongeren begeleiden

Het onderzoek wil inzicht verschaffen in hoe de samenwerking tussen zorg, welzijn en sport kan bijdragen aan de sociale ontwikkeling van risicojongeren. Daartoe onderzoekt pilotteam 3 hoe het traject op de Boksschool I Believe in te zetten is om de sociale ontwikkeling van risicojongeren te vergroten en wat hiervoor nodig is vanaf het moment van het signaleren van zorgelijk gedrag tot aan het (succesvol) afronden van het traject, door jeugdprofessionals en sportbegeleiders op lokaal niveau te laten samenwerken.

Onderzoeksvraag

In hoeverre leidt het traject ‘Vechtsport met een missie’ ingezet op boksschool ‘I Believe’ in de Beverwaard tot gedragsverandering van jongeren (Freerunners) en wat is daar voor nodig op organisatorisch - en op persoonlijk vlak van de betrokken sportbegeleiders & jeugdprofessionals en in de samenwerking tussen sport (bokschool I Believe), welzijn (jongerenwerk) en jeugdzorg (wijkteam Beverwaard).

Deelvragen

  • Welke methodische aanpak omvat het traject ‘Vechtsport met een missie’ met als doel te komen tot gedragsverandering van de deelnemende jongeren?
  • Hoe worden de doelen van de hulpverlening, de werkwijze van de jongerenwerker en de aanpak op de boksschool op elkaar afgestemd en bewaakt?
  • Wat werkt volgens de betrokkenen (trainers op de boksschool, jeugdprofessionals, jongeren) wel en wat niet in de aanpak van de sportbegeleiders en de jeugdprofessionals om jongeren te motiveren deel te nemen aan het traject tot aan het komen tot de gewenste gedragsverandering?
  • Wat is er volgens betrokkenen nodig op organisatorisch vlak om de sportinterventie op de boksschool I Believe structureel te kunnen integreren in de werkwijze van sportbegeleiders en de jeugdprofessionals in de Beverwaard?
  • Wat kunnen we (stedelijk) leren van deze samenwerking tussen sport, welzijn en jeugdzorg gericht op het versterken van de sociale ontwikkeling van risicojongeren? 

Doel

  • De sportorganisaties weten, met hulp van de organisaties uit de jeugdsector, met wie zij contact kunnen opnemen als zij problemen of risicofactoren signaleren bij deelnemende jeugdleden.
  • Bij de organisaties uit de jeugdsector is, met hulp van de sportsector, kennis van de sportaanbieders in de gemeente die open staan voor risicojongeren en die weten hoe met deze groep om te gaan.
  • De organisaties uit de jeugdsector en de sportsector werken samen vanuit hun eigen doelstellingen en kernfuncties, het is niet de bedoeling dat ze elkaars functie overnemen.
  • De organisaties uit de jeugdsector ondersteunen de sportprofessionals en sportvrijwilligers bij het verzorgen van een positief opvoed- en opgroeiklimaat, het signaleren van opvoed- en opgroeiproblemen en het opvangen en begeleiden (in de sport) van risicojongeren.
  • De sportleiders en de jeugdprofessionals werken met de jeugdigen aan de ontwikkeling van competenties die zij ook kunnen gebruiken buiten de sport. Denk aan het bereiken van doelen en doorzettingsvermogen.
  • Een onafhankelijke coördinerende partij – of een of meerdere grenswerkers - bewaakt de grenzen van de betrokken organisaties en zorgt ervoor dat de sportorganisatie de sport blijft organiseren en de organisatie uit de jeugdsector de zorg voor de jeugd.

Deelnemers

Het Pilotteam 'Samen risicojongeren begeleiden' richt zich op de derde laag van de Interventiepiramide: Aanpak van problemen bij geïndiceerde hulpverlening.