Projectbeschrijving
Om risicojongeren, jongeren zonder startkwalificatie en vaak met problemen op meerdere leefgebieden, een zo groot mogelijke kans op maatschappelijke participatie te geven, bestaan er zowel reguliere (schoolse) curricula als speciaal voor deze doelgroep ontwikkelde programma's. Zij stellen zich ten doel de beroepsidentiteit van risicojongeren te vergroten. Dit promotieonderzoek onderzoekt de samenhang van individuele kenmerken van risicojongeren en hun beroepsidentiteit. Het focust daarbij op veranderbare kenmerken die professionals in scholen en programma’s kunnen aangrijpen om de beroepsidentiteit te versterken. Verder geeft het onderzoek inzicht in gewenste benaderingen door mentoren tijdens individuele begeleiding die zich bij uitstek leent om aandacht te schenken aan beroepsidentiteit. Deelnemende instellingen aan het onderzoek zijn de Wijkschool (speciaal ontwikkeld voor voormalig dropouts), de Startcolleges (de huidige Entreeopleiding) van ROC Zadkine en ROC Albeda, en het Jongerenloket. Het onderzoek volgt een mixed methods design waarin zowel kwantitatieve als kwalitatieve methoden worden toegepast.
Promotor: Prof. dr. W.F. Admiraal
Universiteit: Universiteit van Leiden
Onderzoek
De eerste kwantitatieve studie van dit promotieonderzoek gaat na in welke mate individuele kenmerken van risicojongeren samenhangen met hun beroepsidentiteit. De kenmerken variëren in veranderbaarheid. Demografische kenmerken en persoonlijkheidstrekken zijn niet veranderbaar; motivatie, veerkracht en schoolbetrokkenheid zijn in toenemende mate veranderbaar. De tweede en derde studie onderzoeken of de sterkte van die samenhang verschilt voor verschillende risicojongeren: de samenhang tussen motivatie en beroepsidentiteit, bijvoorbeeld, kan sterker zijn voor vrouwen dan voor mannen. De kwantitatieve studies maken gebruik van een zelf ontworpen vragenlijst, gebaseerd op bestaande instrumenten, die is getest onder de doelgroep.
De vierde studie is kwalitatief van aard en onderzoekt de ervaringen van studenten en mentoren teneinde gewenste benaderingen tijdens mentorbegeleiding inzichtelijk te maken. Dataverzameling vindt plaats door interviews met studenten en mentoren.