Na het afstuderen (landelijke cijfers)
Baan op niveau
96%
Baan binnen het vakgebied
90%
Een baan vinden
1 maand
Opbouw
Hoe is de opleiding opgebouwd?Onderwijsvisie
Bij de opleidingen van Hogeschool Rotterdam voelt iedereen zich welkom en hoort iedereen erbij. Studenten en docenten kennen elkaar en weten elkaar te vinden. De docenten doen er alles aan om je te begeleiden bij je studie op een manier die bij jou past. Dit vraagt van jou betrokkenheid en een actieve inzet. Samen maken we het onderwijs.
Kenmerkend voor het onderwijs van Hogeschool Rotterdam is de aandacht voor:
- De kennisbasis van het beroep
- Handelen in de beroepspraktijk
- Je eigen professionele identiteit
Al deze elementen komen steeds aan bod tijdens de opleiding. Studenten (en medewerkers) hebben invloed op de manier waarop dit gebeurt in medezeggenschapsraden.
Bij de start van je studie ligt de nadruk op het ontwikkelen van kennis en vaardigheden, maar direct komt ook de praktijk aan bod. Je leert reële beroepsvraagstukken aan te pakken, in samenwerking met medestudenten, docenten, professionals uit de praktijk en praktijkgerichte onderzoekers. Eerst krijg je veel begeleiding van je docent, later neem je steeds meer het heft in eigen handen. Tijdens je studie leer je jezelf steeds beter kennen en ontdek je wat jouw unieke kwaliteiten zijn als beroepsbeoefenaar.
Fases van je opleiding
De opleiding bestaat uit vier fases:
Uiteraard wil je weten of de opleiding en het beroep van leraar basisonderwijs wel bij jou passen. Daarom maak je in het eerste jaar kennis met de diverse vakgebieden en met het leraarsvak. Ook wij bekijken of je geschikt bent voor het beroep en de opleiding.
In het tweede studiejaar ontwikkel je je tot een breed bekwame leraar basisonderwijs. Dit betekent dat je voldoende basis hebt om alle vakgebieden te mogen geven. Omdat elk kind anders is leer je ook omgaan met verschillen op cognitief, sociaal-emotioneel en cultureel niveau. Na dit jaar kun je je gaan profileren.
In het derde studiejaar kies je een leeftijdsspecialisatie: jongere kind (groep 1-4) of oudere kind (groep 4-8). Vanuit probleemgestuurd onderwijs (PGO) werk je in kleine groepen aan uitdagingen binnen thema’s. Visie & beleid is hiervan een voorbeeld. Daarnaast kies je twee vakken waarin je je verdiept: één vak uit de wereldvakken en één uit de kunstvakken. Je legt in deze fase van je studie ook de landelijke kennisbasistoets taal en rekenen af. Na afronding van dit jaar beheers je de competenties op profileringsniveau. Klaar om te gaan afstuderen!
Je bent er bijna. In het vierde studiejaar ontwikkel je jezelf tot startbekwame leraar basisonderwijs. Nu kun je aan de slag als innovatieve professional op hbo-niveau in de beroepspraktijk. Je volgt in deze fase een minor en doet een afstudeeronderzoek. Ten slotte loop je een half jaar lang drie dagen per week een lio-stage (leraar in opleiding). Hierin laat je zien dat je startbekwaam bent.
Keuze en begeleiding
Keuze
Tijdens je opleiding kun je kiezen uit zo'n driehonderd (hogeschoolbrede) keuzevakken. Dit biedt de kans om over de grenzen van je eigen opleiding heen te kijken en om invulling te geven aan je specifieke leerbehoeften. Afhankelijk van je opleiding kun je zelf een stageplek uitzoeken. Via een minor in de hoofdfase van je studie kies je een bepaald profiel waarmee je jezelf kunt onderscheiden. Ook de afstudeeropdracht die je kiest, geeft een persoonlijke inkleuring aan je opleiding.
Begeleiding
Iedere student is uniek en heeft zijn eigen ideeën over wat hij in zijn studie wil bereiken. In onze begeleiding maken we je bewust van je capaciteiten, kansen en uitdagingen. Soms blijkt tijdens of al vóór de opleiding dat je moeite hebt met een bepaald vak. Dan is het nuttig je kennis hiervan bij te spijkeren. Als student krijg je een coach (docent) die je begeleidt en de studievoortgang in de gaten houdt. Ook kun je een peercoach krijgen: een ouderejaarsstudent die een jongerejaars begeleidt.
Studeren met een functiebeperking
Heb je een functiebeperking en heb je daarvoor aanpassingen of voorzieningen nodig, dan bieden we daarvoor verschillende mogelijkheden.
Stage lopen
Het stagebureau van de pabo verzorgt de plaatsing van studenten in de stage en onderhoudt het contact met onderwijsbesturen en scholen in Rotterdam en omstreken. De pabo zoekt dus voor jou een stageschool, in principe binnen 60 minuten van je woonadres, mits dit in de regio Rotterdam is.
In jaar 1 en 2 loop je elke dinsdag stage en ieder kwartaal een week. In jaar 3 loop je twee dagen per week stage en ieder kwartaal een hele week. In jaar 4 ga je de LiO-fase in wordt het aantal stagedagen nog verder opgebouwd.
Bekijk hieronder hoe Jessey Verhoeven haar stage bij OBS de Piramide beleeft.
Minors
In de laatste fase van je opleiding verdiep je je door middel van een minor in je vakgebied of verbreed je je kennis in een door jou gewenste richting. De onderstaande minors geven een beeld van het type minor dat je kunt verwachten.
De kwaliteit van het rekenonderwijs, de rekenvaardigheid van de leerlingen en de aanpak van rekenproblemen zijn al jaren onderwerp van stevige discussies. In het onderwijs tekenen zich twee probleemgebieden af: de overgang van PO naar VO verloopt niet soepel omdat docenten van PO en VO niet goed op de hoogte zijn van elkaars specifieke didactiek. Daarnaast stagneert de doorlopende leerlijn in het beroepsonderwijs, omdat leerlingen die in het MBO binnenstromen een te grote achterstand op rekengebied hebben opgelopen. De minor kan opgenomen worden in het project Urban talent, en richt zich op doorgaande leerlijnen in het rekenonderwijs.
Meer aandacht voor taal en rekenen.' De kranten besteden er veel en vaak aandacht aan. Als er geen goed taalonderwijs wordt gegeven, heeft dat niet alleen negatieve gevolgen voor de taalontwikkeling en taalbeheersing van kinderen, maar ook voor de prestaties op andere gebieden. Alleen door goed taalonderwijs te geven kun je taalzwakke kinderen, kinderen die Nederlands niet als moedertaal hebben en taalgevoelige kinderen geven wat ze nodig hebben. Taalonderwijs kan zich ook uitstrekken tot andere vakgebieden, want succesvol rekenonderwijs en goede resultaten bij wereldoriënterende vakken zijn mede afhankelijk van een goede taalbeheersing.
De minor 'Passend Onderwijs' (PAO) zoomt ment name in op de inhoud, het beleid en de organisatie van opvoeding en onderwijs aan kinderen. Het gaat om kinderen met bijvoorbeeld een stoornis in het autisme spectrum, met ernstige dyslexie of kinderen die hoogbegaafd zijn of kinderen die in een beperkte sociaal-culturele omgeving opgroeien. De kunst van passend onderwijs is te zoeken naar mogelijkheden om alle kinderen de kans te geven hun talenten te ontdekken en te ontwikkelen. Je kunt voor deze minor ook naar het buitenland, bijvoorbeeld naar Indonesië.
In het speciaal onderwijs is steeds meer behoefte aan leerkrachten die voldoende vaardigheden bezitten om in dit werkveld werkzaam te zijn. In deze minor richten wij ons op het uitbreiden van kennis van het speciaal onderwijs, het vergroten van het handelingsrepertoire van de toekomstige leerkracht en het ontwikkelen van een eigen visie als leerkracht in het speciaal onderwijs. Enige affiniteit met het speciaal onderwijs is wel een pre. Naast het verplichte praktijkgerichte onderzoek, op basis van een eigen leervraag, in het speciaal onderwijs, kent deze minor drie onderdelen. In 'zicht op jezelf' kijk je naar je eigen rol als leerkracht. Hier komt gesprekstechniek, video-interactie-begeleiding en positive behavior support aan de orde. Bij het onderdeel 'zicht op de leerling' gaat het over je handelingsrepertoire; Hoe ga ik om met...? Verschillende type leerlingen krijgen hier aandacht (zoals ADHD, Leerstoornissen, Handicaps etc). In het laatste onderdeel 'zicht op de klas en school' gaat het over regelingen, sociale kaart en multi-disciplinair kunnen werken. Ook gaan we in op groepsprocessen, klassenmanagement, pedagogisch klimaat en observeren en analyseren.
Het is mogelijk om op Hogeschool Rotterdam je volledige bevoegdheid voor het vak bewegingsonderwijs te halen. Dit houdt in dat je aan alle groepen binnen het basisonderwijs bewegingsonderwijs mag geven. Deze leergang vakbekwaamheid wordt als minor in het eerste semester van het vierde leerjaar in de voltijdopleiding aangeboden. Het is ook mogelijk om de bevoegdheid bewegingsonderwijs na je studie in de nascholing te halen.
In deze educatieve minor ga je een half jaar onderzoeken hoe jonge kinderen zich ontwikkelen en wat dat betekent voor jouw aanpak. Je wordt uitgedaagd na te denken wat je jonge kinderen gunt, in deze tijd, in de grootstedelijke context van Rotterdam. En welke waardevolle bijdrage jij daaraan kunt leveren. We duiken in de theorie, maar verbinden deze direct aan de praktijk. Je onderzoekt de praktijk, en onderbouwt je bevindingen met theorieën. Je bouwt dus theoretische en ervaringskennis op als basis voor het handelen in je (toekomstige) beroepspraktijk. Je ontwikkelt meer inzicht wie je bent als persoon en leert je te verhouden tot je beroep in het domein Specialisatie Jonge Kind
Jouw onderzoekend vermogen en je nieuwsgierigheid zijn cruciaal bij het volgen van deze minor. Er wordt een groot beroep gedaan op jouw zelfsturing, ondernemingszin en creativiteit.Je krijgt inspirerend aanbod. Thema's waarin we ons verdiepen zijn kindontwikkeling – hechting – spel – ouders – doelgroep beleid en het creëren van rijke, uitdagende speelleeromgevingen.
Er zijn regelmatig intervisie, evaluatie- en feedbackmomenten, die betekenisvolle informatie voor je leerproces opleveren. Je kunt ook zelfgekozen excursies invoegen. De minor valt of staat bij jouw inzet! In alles wat wij doen gaan we uit van gelijkwaardigheid, bevorderen we wederzijds respect en werken we emancipatiegericht.
Wie zijn verleden niet kent, heeft geen notie van de toekomst. Cultuur is het sleutelwoord van deze minor. Kinderen zijn nieuwsgierig. Ze zijn voortdurend op zoek om zichzelf en de wereld te leren kennen en te verkennen. De omgeving nodigt leerkrachten altijd uit om kinderen er in mee te nemen middels verhalen en activiteiten. Dit omgevingsonderwijs is dan ook een relevant onderdeel van lessen op de basisschool. Door de leerlingen in contact te brengen met ons cultureel erfgoed vergroot je het cultureel bewustzijn en het historisch besef.
Een groot groeiend aantal basisscholen voert Engels als moderne vreemde taal in als medium of instruction. Het Bestuur Openbaar Onderwijs Rotterdam heeft deze ontwikkeling bijvoorbeeld voor alle basisscholen hoog op de prioriteitenlijst staan binnen het strategisch beleidsplan. Een groot aantal scholen in de regio volgt deze ontwikkeling. Studenten kunnen na het volgen van deze minor lesgeven in het Engels binnen de basisschool. Zij krijgen dan de verantwoordelijkheid voor (een deel van) het onderwijs in het Engels. In de minor worden vakmanschap en meesterschap bij elkaar gebracht voor het onderwijs in het Engels. In Engeland neemt de student verantwoordelijkheid voor zoveel mogelijk onderwijs in het Engels waardoor zij 'classroom English' effectief leren gebruiken en de door hen gemaakte keuzes in het Engels leert verantwoorden. De verdieping door het onderzoek helpt de student bij het ontwikkelen van een visie op het onderwijs Engels.
Femke Goossens over de minor Early English
"De Early English Minor heeft mij in mijn carrière meer gebracht dan welk ander diploma of certificaat dan ook. Naast het feit dat ik een geweldige tijd heb gehad in Nottingham heeft het me ook mijn droombaan opgeleverd. Ik werk op de Blijberg International. Een International school in hartje Rotterdam. Onze leerlingen komen van over de hele wereld en wonen vanwege het werk dat hun ouders doen vaak maar een aantal jaar in Nederland. Ik geef les in het Engels en krijg binnen deze school op iedere mogelijke manier de kans om mezelf te blijven ontwikkelen. Na mijn afstuderen lagen de banen niet bepaald voor het oprapen maar mijn Early English certificaat opende een heleboel deuren. Met de huidige ontwikkelingen op gebied van Engelstalig en tweetalig onderwijs is het een Minor die ik iedereen zou aanraden. Het heeft mijn kans op de arbeidsmarkt aanzienlijk vergoot, maar belangrijker nog, het leverde mij een baan op die niet voelt als werk."
Student van andere hogeschool?
Ben je student bij een andere hogeschool en wil je een minor bij Hogeschool Rotterdam volgen? Bekijk je mogelijkheden op Kiesopmaat.nl. De minors van Hogeschool Rotterdam duren een half jaar (september - februari) en leveren 30 EC (studiepunten) op.
Specialisaties
Op onze pabo wordt iedereen specialist in lesgeven in de grote stad. Je kunt je ook verder specialiseren binnen de opleiding door je eigen richting te kiezen.
Internationale mogelijkheden
Wil je tijdens je opleiding ook internationaal aan de slag? Dan kun je bijvoorbeeld deelnemen aan een studiereis naar de Verenigde Staten, Marokko of de Ardennen. Je minor uitvoeren in Indonesië, Groot-Brittannië of Namibië is ook mogelijk.
Liever in Nederland blijven en je toch internationaal oriënteren? Regelmatig komen er buitenlandse studenten een half jaar aan onze opleiding studeren. Hoe gaaf is het als je voor deze studenten een internationale buddy kunt zijn? Leuk, inspirerend én leerzaam!
Anouk van der Wel over haar stage in het buitenland
"Ik heb de minor 'Early English' gevolgd. Van al mijn stages heb ik toch wel het meest geleerd tijdens mijn stage in Engeland. Niet alleen het lesgeven in het Engels maar ook de manier waarop er in Engeland lesgegeven op een basisschool sprak mij aan en veranderde mij als leerkracht Na Engeland heb ik tijdens mijn LIO ook gewerkt als 'English Teacher' op verschillende Haagse basisscholen en bij mensen thuis. Momenteel werk ik op een Earlybird-school als Engelse coördinator/taalspecialist en leerkracht van groep 6. Ik hoop later ooit te mogen werken op een internationale school in Nederland of in het buitenland."
Vakken
Een indicatie van de vakken die je kunt verwachtenThema 1 : Ik, Leraar!
- Onderwijskunde
- Taal
- Rekenen- Wiskunde
- Beeldend
- Drama
- Muziek
- Aardrijkskunde
- Geschiedenis
- Natuur en Techniek
- Professionele Identiteit
- Bewegingsonderwijs
- Cultuureduactie
- Professionele geletterdheid
- Keuzevak
Thema 2: Taalgericht lesgeven
- Onderwijskunde
- Professionele identiteit
- Stage
- Taal
- Rekenen-Wiskunde
- Beeldend
- Natuur en techniek
- Aardrijkskunde
- Muziek
- Drama
- Geschiedenis
- Bewegingsonderwijs
- Professionele geletterdheid
- Keuzevak
Thema 3: Leren lesgeven
- Onderwijskunde
- Taal
- Rekenen-Wiskunde
- Beeldend
- Drama
- Muziek
- Geschiedenis
- Aardrijkskunde
- Professionele identiteit
- Natuur en Techniek
- Professionele geletterdheid
- Keuzevak
Thema 4: Verantwoord lesgeven
- Onderwijskunde
- Taal
- Rekenen-Wiskunde
- Professionele Identiteit incl Skillslab
- Stage
- Professionele gecijferdheid
- Engels
- Geschiedenis
- Professionele geletterdheid
- Skills Labs Digitale geletterdheid
- Skills Labs Muziek: zingen
- Keuzevak
Thema 5: Aanvankelijke leerprocessen
- Onderwijskunde
- Taal
- Rekenen-Wiskunde
- Beeldend
- Muziek
- Schrijven
- Engels
- Stage
- Professionele Identiteit
- Keuzevak
- Mentoren op Zuid
- Professionele gecijferdheid
Thema 6: De Leerling centraal
- Onderwijskunde
- Bewegingsonderwijs
- Taal
- Rekenen-Wiskunde
- Drama
- Muziek
- Schrijven
- Engels
- Natuur en Techniek
- Stage
- Professionele Identiteit
- Keuzevak
- Professionele gecijferdheid
- Professionele geletterdheid
- Mentoren op Zuid
- Skill Lab
Thema 7: Omgevingsonderwijs
- Onderwijskunde
- Taal
- Rekenen-Wiskunde
- Muziek
- Aardrijkskunde
- Geschiedenis
- Natuur en Techniek
- Project Maritiem
- Professionele geletterdheid
- Professionele gecijferdheid
- Stage
- Professionele Identiteit
- Keuzevak
Thema 8: Onderzoekend & ontwerpend leren
- Onderwijskunde
- Taal
- Rekenen-Wiskunde
- Geschiedenis
- Aardrijkskunde
- Natuur en Techniek
- Beeldend
- Drama
- Stage
- Professionele Identiteit
- Professionele geletterdheid
- Professionele gecijferdheid
- Project Maritiem
- Cultuureducatieweek
- Skills Labs
Thema 9: Lesgeven in een superdiverse klas
- Lesgeven in een superdiverse klas. Keuze uit Jonge of Oudere Kind
- Bewegingsonderwijs Zorg voor 4-12 jarigen
- Stage
Thema 10: Planmatig aansluiten op onderwijsbehoeften
- Planmatig aansluiten op onderwijsbehoeften. Keuze uit Jonge of Oudere Kind
- Stage
- Professionele Identiteit
- Bewegingsonderwijs context
- Keuze Engels: Jonge of Oudere Kind
- Keuze kunstvakgebied
- Keuze wereldvakgebied
- Excursie wereldvakken
- Onderzoek deel 1 en 2
- Professionele Identiteit
- Kennisbasistoets taal
- Kennisbasistoets rekenen
Onderwijsperiode 1
- Minor deel 1
- Professionele Identiteit
Onderwijsperiode 2
- Minor
- Professionele Identiteit
Onderwijsperiode 3
- Professionele Identiteit
- Assessmentdossier
- Afstudeeronderzoek
Onderwijsperiode 4
- Professionele Identiteit
- Afstudeeronderzoek
- Afstudeerassessment
Onderwijsvorm
Hoe is het onderwijs ingericht?- Praktijk
- Theorie
- Keuzeruimte
- Begeleiding
- Praktijk
- Theorie
- Keuzeruimte
- Begeleiding
- Praktijk
- Theorie
- Keuzeruimte
- Begeleiding
- Praktijk
- Theorie
- Keuzeruimte
- Begeleiding
Na je studie
Wat kun je doen na de opleiding?Na je afstuderen
Gefeliciteerd! Je hebt je Bachelor of Education (B Ed) diploma binnen. Deze titel mag je achter je naam voeren.
Bij je diploma ontvang je een diplomasupplement met een DS-label. Met dit Engelstalige document kun je de waarde van je diploma eenvoudiger aantonen in het buitenland bij de toelating tot een vervolgstudie of bij het vinden van een baan.
Beroep
Als leerkracht in het basisonderwijs is werken met kinderen je passie. Jij bent degene die ze in de meest vormende fase van hun leven begeleidt. Maar ook met volwassenen kun je goed overweg: je werkt in een team en hebt te maken met ouders en andere begeleiders. Je ontwikkelt je graag in de breedte en in de diepte, veel schoolvakken vind je interessant en je wordt er blij van als je jouw kennis kunt overbrengen op kinderen.
Doorstuderen
Na het behalen van je bachelor-diploma kun je ervoor kiezen om door te studeren. Bij Hogeschool Rotterdam bieden we ook masters aan. Zo kun je de Master Leren en Innoveren doen, waarin je je focust op onderwijsinnovatie.
Wil je je meer verdiepen in de pedagogiek? Dan is de Master Pedagogiek een mogelijkheid voor je.