Na het afstuderen (landelijke cijfers)
Baan op niveau
100%
Baan binnen het vakgebied
89%
Een baan vinden
1 maand
Opbouw
Hoe is de opleiding opgebouwd?Ons onderwijs
Bij onze opleidingen voelt iedereen zich welkom en hoort iedereen erbij. Studenten en docenten kennen elkaar en weten elkaar te vinden. De docenten doen er alles aan om je te begeleiden bij je studie op een manier die bij jou past. Dit vraagt van jou betrokkenheid en een actieve inzet. Samen maken we het onderwijs.
Hierbij besteden we onder andere aandacht aan je:
- kennisbasis van het beroep
- handelen in de beroepspraktijk
- eigen professionele identiteit
- persoonlijke ontwikkeling
Al deze elementen komen steeds aan bod tijdens de opleiding. Studenten (en medewerkers) hebben invloed op de manier waarop dit gebeurt in medezeggenschapsraden.
Bij de start van je studie ligt de nadruk op het ontwikkelen van kennis en vaardigheden, maar direct komt ook de praktijk aan bod. Je leert reële beroepsvraagstukken aan te pakken, in samenwerking met medestudenten, docenten, professionals uit de praktijk en praktijkgerichte onderzoekers. Eerst krijg je veel begeleiding van je docent, later neem je steeds meer het heft in eigen handen. Tijdens je studie leer je jezelf steeds beter kennen en ontdek je wat jouw unieke kwaliteiten zijn als beroepsbeoefenaar.
Het eerste jaar
In leerjaar 1 oriënteer je je op de verschillende aspecten van je vak of taal en op je toekomstige beroep als leraar. Ook ga je al snel aan de slag op een school (stage), waarbij je niet alleen toekijkt, maar ook assisteert bij het onderwijs en gaat lesgeven. De school waar je terechtkomt, is dus net zo goed jouw opleider als de hogeschool. Ruim voor het einde van het eerste leerjaar bespreken we met jou of je taal- en beroepsvaardigheid voldoende gegroeid is om leraar te kunnen worden.
Na het eerste jaar
In leerjaar 2 en 3 verdiep je nadrukkelijk je taalvaardigheid, taalkunde, vakdidactiek en kennis van de cultuur. Zo kom je als aanstaand docent steeds verder boven de stof te staan. Ook leer je lessen(series) te ontwikkelen – en uit te voeren – op een steeds hoger didactisch en pedagogisch niveau. Daarom loop je twee dagen per week stage. Aan het eind van de hoofdfase kies je voor het uitstroomprofiel beroepsonderwijs (vmbo, mbo) of algemeen vormend onderwijs (havo, vwo).
Keuze en begeleiding
Keuze
Tijdens je opleiding kun je kiezen uit zo'n driehonderd (hogeschoolbrede) keuzevakken. Dit biedt de kans om over de grenzen van je eigen opleiding heen te kijken en om invulling te geven aan je specifieke leerbehoeften. Afhankelijk van je opleiding kun je zelf een stageplek uitzoeken. Via een minor in de hoofdfase van je studie kies je een bepaald profiel waarmee je jezelf kunt onderscheiden. Ook de afstudeeropdracht die je kiest, geeft een persoonlijke inkleuring aan je opleiding.
Begeleiding
Iedere student is uniek en heeft zijn eigen ideeën over wat hij in zijn studie wil bereiken. In onze begeleiding maken we je bewust van je capaciteiten, kansen en uitdagingen. Soms blijkt tijdens of al vóór de opleiding dat je moeite hebt met een bepaald vak. Dan is het nuttig je kennis hiervan bij te spijkeren. Als student krijg je een coach (docent) die je begeleidt en de studievoortgang in de gaten houdt. Ook kun je een peercoach krijgen: een ouderejaarsstudent die een jongerejaars begeleidt.
Studeren met een functiebeperking
Heb je een functiebeperking en heb je daarvoor aanpassingen of voorzieningen nodig, dan bieden we daarvoor verschillende mogelijkheden.
Stage lopen
Vanaf je eerste jaar is stage een onderdeel van je opleiding. Bekijk in onderstaand filmpje hoe Monique Ton haar tweedejaars stage bij ISW ervaart.
Minors
In de laatste fase van je opleiding verdiep je je door middel van een minor in je vakgebied of verbreed je je kennis in een door jou gewenste richting. De onderstaande minors geven een beeld van het type minor dat je kunt verwachten.
De vierjarige Goran uit Bosnië komt de kleuterklas in. Hij bouwt een mooi kasteel, wil samen met "nieuwe vriendjes" verder bouwen, maar begrijpt niet wat ze zeggen. Wat is er nodig om de talenten van Goran verder te ontwikkelen? Daan van 14 jaar heeft een IQ van 120, toch komt hij niet verder dan 2 HAVO. Wat is er nodig om Daan te helpen zijn school af te ronden? Wil jij het verschil maken tussen kansarm en kansrijk voor Goran en Daan en een bijdrage leveren aan het vergroten van hun talenten? En volg je een opleiding aan het Instituut voor lerarenopleidingen of voor sociale opleidingen? Dan is de minor Talentontwikkeling iets voor jou!
eze minor maakt van jou een vakkundig docent die vanuit een onderzoekende houding problemen die in het werken met jongeren in schoolsituaties in het vo en mbo ontstaan signaleert, er systematisch naar kijkt en er planmatig naar handelt. Daarnaast krijg je zicht op het zoeken naar middelen en richtingen om geschikte begeleiding voor de zorgleerlingen op te zetten en uit te voeren. In deze minor staat de zorg aan leerlingen centraal.
De minor Werken in het Beroepsonderwijs (incl. VMBO) biedt studenten van de tweedegraads lerarenopleidingen de mogelijkheid tot een zeer aantrekkelijke specialisatie. De minor is bij uitstek geschikt voor studenten die willen kiezen voor het uitstroomprofiel Beroepspraktijkvorming waarmee zij zich voorbereiden op een functie in het (voorbereidend) beroepsonderwijs. Binnen deze minor leren de deelnemers de lesinhoud uit de schoolvakken te integreren met de inhoud van het toekomstig beroep van leerlingen. Daarnaast wordt veel aandacht besteed aan het kiezen en ontwikkelen van de specifieke didactiek voor dit schooltype en aan de eisen die dat stelt aan leraren.
Student van andere hogeschool?
Ben je student bij een andere hogeschool en wil je een minor bij Hogeschool Rotterdam volgen? Bekijk je mogelijkheden op Kiesopmaat.nl. De minors van Hogeschool Rotterdam duren een half jaar (september - februari) en leveren 30 EC (studiepunten) op.
Afstuderen
In het laatste jaar ben je leraar-in-opleiding (LIO) waarbij je geheel zelfstandig voor de klas staat. De stages zijn een van de leukste en leerzaamste onderdelen van de opleiding.
Traject 'Samen opleiden'
Als je kiest voor de lerarenopleiding, word je geplaatst in het traject ‘Samen opleiden’. Een leertraject waarbij leren op de werkplek centraal staat. Je leert al werkend en werkt al lerend: theorie en praktijk zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Je bent 1 dag per week in de praktijk bezig met je opleiding. We werken samen met gecertificeerde opleidingsscholen in verschillende regio’s. Met ‘Samen opleiden’ ga je een leer-werkovereenkomst aan met de opleidingsschool.
Kopopleiding
Heb je een hbo- of wo-bachelor-getuigschrift? Via de praktijkgerichte kopopleiding (voltijd) kun je met (een) bepaalde vooropleiding(en) in één jaar je tweedegraadsbevoegdheid halen. Daarna kun je aan de slag bij scholen in het voortgezet onderwijs of in het beroepsonderwijs en de volwasseneneducatie.
Internationale mogelijkheden
Omdat Rotterdam een internationale en multiculturele stad is, vinden we het belangrijk dat je hiervan kennis opdoet tijdens de opleiding. Internationale en interculturele elementen zijn opgenomen in de vakken die je tijdens de opleiding krijgt. Dit noemen we Internationalisation at Home. Er zijn mogelijkheden om naar het buitenland te gaan in het kader van je minor. Daarnaast zijn er universiteiten in het buitenland waar studieprogramma's gevolgd kunnen worden. Ook zijn er projecten en onderzoeken verbonden aan buitenlandse universiteiten waarin je als student kunt participeren.
Vakken
Een indicatie van de vakken die je kunt verwachtenOnderwijsperiode 1
- Fictie 1.1: Inleiding jeugd- en volwassenenliteratuur
- Taalbeschouwing 1.1: Inleiding taalwetenschap
- Taalvaardigheid
- Orientatie op het beroep
- Studieloopbaancoaching en Introductie
Onderwijsperiode 2
- Fictie 1.2: Jeugdliteratuur
- Vakdidactiek 1.1: Inleiding op het schoolvak Nederlands en fictie
- Taalvaardigheid
- Orientatie op het beroep
- Studieloopbaancoaching en Introductie
- Ondersteunend onderwijs en keuzevakken
Onderwijsperiode 3
- Fictie 1.3: (Jong)volwassenenliteratuur
- Vakdidactiek 1.2: Communicatieve vaardigheden
- Taalvaardigheid
- Didactiek: leren lesgeven
- Pedagogiek: ken je doelgroep
- Studieloopbaancoaching en Introductie
- Ondersteunend onderwijs en keuzevakken
- Stage
Onderwijsperiode 4
- Taalbeschouwing 1.2: Grammatica en spelling
- Vakdidactiek 1.3: Taalbeschouwing
- Taalvaardigheid
- Didactiek: leren lesgeven
- Pedagogiek: ken je doelgroep
- Studieloopbaancoaching en Introductie
- Ondersteunend onderwijs en keuzevakken
- Stage
Onderwijsperiode 1
- Taalbeschouwing 2.1: Taalverandering en taalvariatie
- Vakdidactiek 2.1: Communicatieve vaardigheden verdieping
- Taalvaardigheid
- Stage jaar 2
- Effectief Leren Directe instructie
- Arrangeren digitaal lesmateriaal
- Studieloopbaancoaching 2
- Ondersteunend onderwijs en keuzevakken
Onderwijsperiode 2
- Fictie 2.1: Literatuur tot 1880
- Taalvaardigheid
- Stage jaar 2
- Effectief Leren Directe instructie
- Onderwijssociologie en diversiteit
- Professioneel spreken
- Studieloopbaancoaching 2
- Ondersteunend onderwijs en keuzevakken
Onderwijsperiode 3
- Taalbeschouwing 2.2: Grammatica verdieping
- Vakdidactiek 2.2: Didactisering historische (jeugd)literatuur*
- Taalvaardigheid
- Stage jaar 2
- Groepsdynamica, orde en klassemanagement
- Studieloopbaancoaching 2
- Ondersteunend onderwijs en keuzevakken
Onderwijsperiode 4
- Fictie 2.2: Literatuur na 1880
- Taalvaardigheid
- Stage jaar 2
- Onderwijspsychologie
- Studieloopbaancoaching 2
- Ondersteunend onderwijs en keuzevakken
Onderwijsperiode 1
- Taalbeschouwing 3.1: Meertaligheid
- Vakdidactiek 2.3: Taal in de klas
- Taalvaardigheid
- Praktijkonderzoek in de school
- Activerende didactiek en samenwerkend leren
- SLC
- Stage, Leren&Werken jr 3
- Ondersteunend onderwijs en keuzevakken
Onderwijsperiode 2
- Fictie 3: Visie op schrijverschap
- Taalvaardigheid
- Praktijkonderzoek in de school
- SLC
- Stage, Leren&Werken jr 3
- Ondersteunend onderwijs en keuzevakken
Onderwijsperiode 3
- Taalbeschouwing 3.2: Spelling(s)discussies
- Vakdidactiek 3.1: Fictie in de klas
- Taalvaardigheid
- Taalgericht Lesgeven
- SLC
- Stage, Leren&Werken jr 3
- Ondersteunend onderwijs en keuzevakken
Onderwijsperiode 4
- Vakdidactiek 3.2: Communicatieve vaardigheden in de klas
- Taalvaardigheid
- Pedagogisch handelen van de docent
- SLC
- Stage, Leren&Werken jr 3
- Ondersteunend onderwijs en keuzevakken
Onderwijsperiode 1
- Afstudeerproject Vak 2
- Afstuderen Vak
- SLC / Stage- en Afstudeerbegeleiding
- Minor deel 1
- Stage afstuderen jaar 4
Onderwijsperiode 2
- Afstudeerproject Vak 2
- SLC / Stage- en Afstudeerbegeleiding
- Minor deel 2
- Stage afstuderen jaar 4
- Afstuderen Vak
Onderwijsperiode 3
- Afstudeerproject Vak 2
- Afstuderen Vak
- Passend onderwijs 2
- Pedagogisch handelen van een docent
- SLC / Stage- en Afstudeerbegeleiding
- Stage afstuderen jaar 4
Onderwijsperiode 4
- SLC / Stage- en Afstudeerbegeleiding
- Stage afstuderen jaar 4
Ben je gemotiveerd om uit te groeien tot excellente beroepsbeoefenaar, wil je meer energie in je studie steken en een plus op je cv zetten, dan biedt de Lerarenopleiding Nederlands een honoursprogramma voor je aan.
Ontwikkeling en uitvoering van het honoursprogramma gebeurt onder toezicht van lectoren en onderzoekers in het kenniscentrum talentontwikkeling. Je kunt aanhaken bij één van de onderzoekthema's. Als je het honoursprogramma succesvol hebt gevolgd en afsluit aan het einde van je vierde jaar, krijg je een honours degree bij je diploma en de aantekening 'excellente professional'.
Onderwijsvorm
Hoe is het onderwijs ingericht?- Praktijk
- Theorie
- Keuzeruimte
- Begeleiding
- Praktijk
- Theorie
- Keuzeruimte
- Begeleiding
- Praktijk
- Theorie
- Keuzeruimte
- Begeleiding
- Praktijk
- Theorie
- Keuzeruimte
- Begeleiding
Na je studie
Wat kun je doen na de opleiding?Na je afstuderen
Gefeliciteerd! Je hebt je Bachelor of Education (B Ed) gehaald. Deze titel mag je achter je naam voeren.
Bij je diploma ontvang je een diplomasupplement met een DS-label. Met dit Engelstalige document kun je de waarde van je diploma eenvoudiger aantonen in het buitenland bij de toelating tot een vervolgstudie of bij het vinden van een baan.
Heb je het Honoursprogramma gevolgd? Dan krijg je ook een honours degree, waarmee je je doorzettingsvermogen en extra kennis kunt aantonen.
Beroepsbeeld
Werk je graag met jongeren? Vind je het leuk om leerlingen in een belangrijke levensfase op weg te helpen en een bijdrage te leveren aan hun ontwikkeling? Flexibel, sociaal, creatief, sta je stevig in je schoenen en ben je een tikkeltje idealistisch? Dan is een lerarenopleiding iets voor jou!
Je wordt opgeleid tot leraar met een tweedegraads bevoegdheid. Je mag daarmee lesgeven aan leerlingen van (v)mbo en onderbouw havo en vwo. Het is mogelijk om na het afronden van de lerarenopleiding een vervolgopleiding te doen. Je kunt ervoor kiezen om je eerstegraads bevoegdheid te halen, zodat je ook in de bovenbouw van havo en vwo les mag geven. Als leraar in het vo/bve moet je stevig in je schoenen staan. Daarnaast is improviseren geen probleem voor jou. Je legt makkelijk contact met de leerlingen en je kunt je goed inleven in wat de leerlingen bezig houdt. In het onderwijs is geen dag hetzelfde.
Doorstuderen
Na het behalen van je tweedegraadsbevoegdheid kun je ervoor kiezen om door te studeren aan een universiteit. Hier kun je via een masteropleiding doorstuderen voor je eerstegraadsbevoegdheid. Bij sommige hogescholen bestaat de mogelijkheid je eerstegraadsbevoegdheid te halen via een hbo-master. Hiermee kun je ook in de bovenbouw van havo, vwo en gymnasium lesgeven. Vraag bij de instelling van je keuze naar de mogelijkheden.
Bij Hogeschool Rotterdam bieden we ook hbo-masters aan. Zo kun je de Master Leren en Innoveren doen. Meer informatie over de Master Leren en Innoveren.