Menu
    English

    Master Begeleidingskunde deeltijd

    • Duur en startmoment

      2,5 jaar, september

    • Opleidingstype

      Deeltijd Master

    • Taal

      Nederlands

    Gaat je hart uit naar het geven van begeleiding? En wil je dat doen vanuit een mensgerichte benadering waarbij je als begeleidingskundige positie inneemt?

    Bij Master Begeleidingskunde leer je hoe je op individueel niveau, op teamniveau en op organisatieniveau leer-, ontwikkel- en veranderprocessen kan begeleiden, op zo’n manier dat de ingezette verandering duurzaam is en gedragen wordt door de direct betrokkenen. Je werkt nauw samen met degenen die je begeleidt.

    Uitgangspunt voor dit gezamenlijke proces is een heldere formulering van een vraag die door iedereen wordt gedragen. Wat speelt er precies? Waar brandt het vuur? Wat mag er wel en niet worden gezegd? Welke verschillende perspectieven bestaan naast elkaar? Zijn er meerdere lagen? Wie of wat wordt uitgesloten?

    Op het spel staan diepgaande vragen die een beroep doen op het register van zingeving, waarden-oriëntaties en intermenselijke ontmoeting. Als begeleidingskundige creëer je een speelruimte of overgangsgebied waarin de betrokkenen tot nieuwe inzichten en betekenisgeving komen. Van daaruit kom je ook tot een nieuwe handelingsruimte, waardoor uiteindelijk nieuwe of vernieuwde sociale werkelijkheden worden gerealiseerd.

    Master Begeleidingskunde wil daarmee een kritische positie innemen en een bijdrage leveren aan humanisering van het georganiseerde leven in een wereld die aan alle kanten ‘kraakt’.

    Enerzijds bouwt het vakgebied begeleidingskunde voort op en is het gefundeerd in de wereld van supervisie en coaching. Deze begeleidingsvormen bieden ervaringsgerichte leerbegeleiding aan professionals om het persoonlijk functioneren te integreren in het beroepsmatig handelen. Anderzijds vindt de begeleidingskunde haar grondslag in de wereld van de organisatieontwikkeling.

    Master Begeleidingskunde kent een eigen lectoraat van waaruit via kennisontwikkeling en onderzoek het vakgebeid van begeleidingskunde voortdurend verder wordt ontwikkeld. Dit lectoraat is ondergebracht bij het Kenniscentrum Talentontwikkeling van Hogeschool Rotterdam.

    Master Begeleidingskunde van Hogeschool Rotterdam is zowel te volgen in Rotterdam als in Nijmegen, op een locatie van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. Volgens de Keuzegids Masters 2024 (verschenen 21 maart 2024) beoordelen studenten deze master bovengemiddeld goed.

    Voorlichting bij Hogeschool Arnhem en Nijmegen

    Hogeschool Rotterdam biedt deze opleiding aan in samenwerking met de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN). Bekijk de voorlichtingen die bij de HAN worden aangeboden op deze pagina.

    De voorlichtingsactiviteiten in Rotterdam vind je hieronder.

    Voorlichtingsactiviteiten Hogeschool Rotterdam

    Bekijk het aanbod en meld je aan

    Opbouw

    Hoe is de opleiding opgebouwd?

    Werkwijze

    Je leerproces krijgt gestalte via theorie en praktijk. Tijdens de opleiding worden begeleidingskundige handelings- en onderzoeksvaardigheden zowel on the job als off the job geleerd. In het contactonderwijs wordt steeds een verband gelegd tussen theorie en je actuele begeleidingskundige praktijk. De lessen vinden plenair plaats en groepsleren neemt een belangrijke plaats in. Daarnaast werk je ook in kleinere groepen (leersupervisie, thesisbegeleiding).

    Opbouw van de opleiding

    Je wordt opgeleid tot begeleidingskundige en maakt kennis met verschillende begeleidingsvormen in de context van organisatie- en maatschappelijke ontwikkelingen. Daarbij werk je toe naar eindkwalificaties op masterniveau. De opleidingsonderdelen vormen samen met de praktijk de bouwstenen om deze eindkwalificaties te bereiken. Daarbij word je gevraagd je te positioneren in het vakgebied, in het praktijkwetenschappelijke veld en naar opdrachtgevers/klanten.

    Curriculum

    Curriculum

    • De Master Begeleidingskunde bestaat uit jaar 1, jaar 2 en de afstudeerfase. De begeleidingsvormen kennen een toenemende mate van complexiteit. In jaar 1 van de master ligt de nadruk op individuele leervragen en staat supervisie als begeleidingsvorm centraal. In jaar 2 en de afstudeerfase gaat de aandacht naar collectieve leervragen en begeleidingsvormen als (team)coaching en organisatiebegeleiding bij complexe begeleidingsvraagstukken binnen organisaties.
    • In jaar 1 en jaar 2 en de afstudeerfase wordt tevens kwalitatief onderzoek (zoals fenomenologisch onderzoek, begeleidingskundig handelingsonderzoek) gedaan dat aansluit bij de begeleidingskundige praktijken die dan centraal staan.

    De Master Begeleidingskunde kent drie doorlopende leerlijnen die in jaar 1, jaar 2 en de afstudeerfase terugkomen in het curriculum:

    In jaar 1 en in jaar 2 en de afstudeerfase wordt in de praktijk ervaring opgedaan met het ambacht als begeleidingskundige middels steeds complexere begeleiding van individuele en collectieve verander- en ontwikkelprocessen in een organisatiecontext.

    Supervisie in jaar 1 en vervolgens (team)coaching en organisatiebegeleiding in jaar 2 en de afstudeerfase zijn belangrijke begeleidingsvormen die de master aanreikt en ook onderlinge samenhang kennen. De lessen en begeleiding binnen de opleiding zijn voedend voor deze praktijk en vice versa.

    Per jaar wordt ook een onderzoek uitgevoerd, waarbij het onderzoek in steeds breder perspectief plaatsvindt rond een steeds complexer wordend vraagstuk.

    In jaar 1 doe je een fenomenologisch onderzoek naar een eigen begeleidingservaring; in jaar 2 werk je al onderzoekend binnen praktijken toe naar een praktijkwetenschappelijk handelingsonderzoek binnen de gelaagdheid van een organisatie in het kader van de masterthesis.

    Je eigen ontwikkeling en personal branding als begeleidingskundige leg je ter afsluiting van jaar 1 en jaar 2 en van de afstudeerfase vast in een portfolio. 

    Het gaat in de master niet alleen en niet primair om het individueel aanleren van instrumentele kennis en vaardigheden, maar vooral om het ontwikkelen van een persoonlijk verankerde professionele identiteit. Bij begeleiding van ontwikkelingen in organisaties is veeleer behoefte aan een professional die vanuit praktische wijsheid deelneemt aan het complexe geheel dat de organisatie is, dan aan een deskundige die vanuit een objectiverend standpunt van buitenaf intervenieert.

    Na je studie

    Wat kun je doen na de opleiding?

    Na je afstuderen

    Na het behalen van je masterdiploma heb je de titel Master of Arts (MA). De opleiding Master Begeleidingskunde is in Nederland de enige erkende door de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO).

    Bij je diploma ontvang je een supplement met een DS-label. Met dit Engelstalige document kun je de waarde van je diploma eenvoudiger aantonen in het buitenland bij de toelating tot een vervolgstudie of bij het vinden van een baan.

    Tijdens de masteropleiding werk je ook aan je LVSC-beroepsregistraties tot supervisor, registercoach en organisatiebegeleider. Deze beroepsregistraties zijn de komende vijf jaar geborgd door LVSC.

    Carrière mogelijkheden

    De opleiding richt zich op in de praktijk werkzame 'begeleiders' die complexe begeleidingsvraagstukken zowel programmatisch (d.w.z. operationeel, tactisch en strategisch) als op individueel, groeps- en organisatie- niveau kunnen beschouwen, analyseren en uitwerken. Dit kunnen adviseurs, managers, begeleidingskundigen, coaches of supervisoren zijn. De opleiding is ook geschikt voor professionals die zich willen bekwamen en willen doorgroeien naar een functie van senior begeleider of senior adviseur.

    Begeleidingskundige expertise kan gebruikt worden binnen functies als manager, projectmedewerker en projectmanager, HRM-functionaris, interim-manager, maar ook binnen functies op het gebied van deskundigheidsbevordering, organisatieadvies en organisatieontwikkeling en functies rondom begeleiding en ontwikkeling.

    Locaties

    Waar ga je studeren?

    Niet op zoek naar deze opleiding?

    Kijk ook eens naar deze opties